Een kwalijk fenomeen

Als journalisten gespecialiseerd in producttesten krijgen we de laatste tijd meer en meer te maken met een nieuw en voor het uitoefenen van onze job kwalijk fenomeen. Steeds vaker komt het voor dat de pr-verantwoordelijken van bedrijven ons verplichten om hun persevents bij te wonen willen we aan een test-sample van een nieuw product geraken. Verplichten ja, want tijdens hun goed georkestreerde persbabbels delen ze aan de aanwezige journalisten de beschikbare testproducten uit. Wie niet aanwezig kan of wil zijn op die persevents, moet soms weken wachten op een testproduct, of erger nog, leest in de uitnodiging van de fabrikant dat er na het persevent geen enkel product meer wordt uitgestuurd voor testdoeleinden. Als testers kunnen we onmogelijk de vele persevents bijwonen. Waar zouden we de tijd nog vinden om te testen? Zo verplichtte een camerafabrikant onlangs de Vlaamse journalisten om twee dagen naar Amsterdam te reizen voor de voorstelling van een nieuwe camera. Testversies zouden alleen op dit event worden ‘uitgedeeld’.
Fabrikanten zijn uiteraard vrij in het al dan niet ter beschikking stellen van testproducten. Maar door het zo te organiseren dat wie niet naar hun pr-gebabbel komt luisteren, buitenspel wordt gezet, wekken ze de indruk de pen van de journalisten te willen sturen. Zeker als ze de producten ook nog eens gaan ‘uitdelen’ aan de aanwezige journalisten. Zonder deze terug te vragen? De aanwezigen worden bovendien vaak ook nog gepamperd met lunches of dineetjes in dure restaurants of met andere activiteiten.
Het is begrijpelijk dat bedrijven er alles aan doen om hun producten zo gunstig mogelijk in de pers te krijgen. En getuige de vele pseudo-reviews die we vandaag de dag op allerlei websites en zelfs in bepaalde publicaties lezen, heeft die strategie zelfs enig succes. Met het echte testwerk heeft dat natuurlijk weinig te maken. Als de zogenaamde tester de producten dan ook nog eens mag houden, is alle journalistieke objectiviteit en deontologie ver te zoeken. Het publiek is hier natuurlijk niet van op de hoogte en denkt een echt testverslag te lezen. Het is aan de echte journalisten om deze praktijken aan de kaak te stellen en om het publiek hierover in te lichten. En de pr- en marketing-verantwoordelijken die dit verzinnen, houden er best rekening mee dat deze praktijken, wanneer ze uitkomen, wel eens erg negatieve gevolgen zouden kunnen hebben voor hun reputatie, die van hun bedrijf en die van hun producten.